Herfst

Toegegeven: een mistige, koude herfstochtend nodigt niet meteen uit om naar buiten te gaan, laat staan om er op uit te trekken om te fotograferen. Nochtans is het een misvatting dat je enkel bij mooi weer leuke foto’s zou kunnen maken, integendeel…. (Lees verder onder de foto!)

20201129_xara_049.jpg

Bij mooi, zonnig weer is het dan wel aangenaam vertoeven buiten, maar voor een geslaagde foto is de zon vaak eerder een nadeel dan een voordeel: het verschil in lichtintensiteit tussen zon en schaduw is dan zo groot, dat je foto’s steevast deels over- of net onderbelicht zijn. Wie al ooit een fotosessie meemaakte bij zonnig weer zal kunnen beamen dat ik dan meestal gewoon in de schaduw blijf en probeer te vermijden dat er te veel “zonnige plekken” in beeld zijn, want die worden dan lelijk wit op de foto.

Begrijp me niet verkeerd: ik zeg niet dat je geen mooie foto’s kan maken bij zonnig weer! Maar over het algemeen komt er dan net wat meer techniek bij kijken om slechte resultaten te vermijden. Wie zijn eerste stappen in de fotografie wil zetten trekt er dus beter op uit op een bewolkte dag. Of op een doorsnee herfstdag met andere woorden… (Lees verder onder de foto!)

20201129_xara_075.jpg

De bewolking zorgt er dan voor dat de lichtintensiteit overal ongeveer gelijk is. Toegegeven, het is dan ook wat donkerder, maar daar kan een ietwat moderne camera wel mee overweg. Helemaal leuk wordt het dan als het mistig is: de mist zorgt voor een mysterieuze sfeer en geeft je foto’s een filmische look, zeker als je de nabewerking wat aanpast.

Wat die nabewerking betreft trouwens: ja, alle foto’s worden “bewerkt”. Hoewel dat intussen wel min of meer aanvaard is, was dat vroeger voor sommige mensen nog “not done”. Ik stam zelf nog uit een tijdperk waarin ik mijn fotografie-opleiding grotendeels analoog, op film dus, moest afwerken. Ik kan je verzekeren dat het nabewerken van foto’s niks nieuws is uit het digitale tijdperk. In de analoge donkere kamer stonden we ook al foto’s “door te drukken en tegen te houden” om bepaalde delen lichter of donkerder te maken, maskeerden we delen van een foto om er een stuk van een ander negatief in af te drukken, werden kleuren bijgewerkt, uitsnedes gemaakt en ga zo maar door. Het enige verschil met moderne digitale fotografie is dat die nabewerking nu sneller kan en toegankelijker is. Dat werk in de donkere kamer vroeger gebeurde overigens letterlijk “achter de schermen”: de printjes die jij kreeg in het labo als je je ontwikkelde foto’s ging afhalen, waren gewoon nabewerkt zonder dat je het besefte, door de persoon of machine die jouw rolletje had afgewerkt. Maar ik dwaal af… (Lees verder onder de foto!)

20201129_xara_149.jpg

Nabewerking hoort er dus zeker bij. Sterker nog: bij het fotograferen zorg ik ervoor, door de instellingen van de camera juist te kiezen, dat alle foto’s er heel “plat” uit zien: geen hoge contrasten of verzadigde kleuren, maar alles netjes neutraal. Op die manier heb ik bij de nabewerking alle opties om het beeld de uitstraling te geven die ik wil. Onlangs publiceerde ik al een voorbeeld van hoe je op die manier de sfeer kan beïnvloeden bij het fotograferen zelf, maar het werk stopt dus niet als je je camera opbergt.

Kortom: laat je door het troosteloze herfstweer zeker niet ontmoedigen om ook eens met de camera op pad te gaan! Wil je nog meer tips over hoe je je eigen fotografie kan verbeteren? Dan is mijn basiscursus fotografie misschien wel iets voor jou…. Ben je zelf geen creatieve duizendpoot en is dat gedoe met de camera echt niks voor jou? Geen nood: cadeaucheques voor een fotosessie (al dan niet in de herfst) zijn nog steeds beschikbaar!

Stay safe / sane!

Roel

Vorige
Vorige

Terug naar de kaars

Volgende
Volgende

Oude bekende