Parijs met de analoge camera
Ik heb een nieuwe beste vriend: mijn analoge Minolta SRT-101 camera! Het ding stond hier al jaren op een kast in de woonkamer tussen enkele andere vintage camera’s. Camera’s waarvan ik vond dat ze leuke decoratie zijn, maar nooit dacht dat ze nog zouden werken. Maar onlangs besloot ik toch om eens op zoek te gaan naar batterijen voor die Minolta. Want het ding ziet er quasie nieuw uit dus je wist maar nooit of het nog zou werken. Het vinden van geschikte batterijen voor dergelijke camera’s is vaak een beetje een zoektocht omdat de formaten en exacte voltages niet meer bestaan, maar in dit geval vond ik redelijk snel een werkbaar alternatief. Kleine disclaimer misschien voor ik verder ga: dit artikel is voor en door de echte fotografie-nerd, maar ik zal mijn best doen om het luchtig te houden… Onder elke foto lees je waarom ik net dat beeld wilde vastleggen… (Lees verder onder de foto’s)
Lang verhaal kort: op het eerste zicht leek die Minolta nog te werken eens er batterijen in zaten. Waarmee ik bedoel: het naaldje van de lichtmeter leek correct te reageren en aan de ”kliks” te horen leek ook de sluiter het nog te doen. Mijn enthousiasme was intussen groot genoeg om er een film mee vol te schieten. Die schoot ik vol in Leuven, maar ik verknalde hem door mijn eigen stommiteit: ik dacht dat er 36 foto’s op het rolletje zaten maar dat bleken er maar 24 te zijn. Want toen ik na 24 beelden het mechanisme verder draaide trok ik de film aan flarden, want die was helemaal afgerold intussen. Zure en dure fout, want niet alleen wist ik nog altijd niet of de camera het nu echt deed, maar zo een film kost al gauw 20 euro tegenwoordig. (Lees verder onder de foto’s)
Afgelopen weekend in Parijs deed ik dan maar een nieuwe poging, een beetje met een dubbel gevoel. Want het was perfect mogelijk dat er door een of ander defect helemaal niks van terecht zou komen, wat zou betekenen dat ik geen enkele foto zou overhouden aan dit tripje. Vandaar dat ik tussendoor toch ook wat digitaal werkte (zie het vorige artikel) en dus met twee camera’s over mijn schouder door Parijs trok. (Lees verder onder de foto’s)
Vandaag, vrijdag en dus vijf dagen later, was de film ontwikkeld in het labo en was ik eindelijk aangenaam verrast: een hele film vol met, deze keer dus 36, perfect belichte beelden! Dit is dus na bijna twintig jaar mijn eerste, volledig werkende analoge kleinbeeld-camera! Waarom dit een “big deal” is voor mij? Je zou intussen al lang moeten weten dat analoge fotografie heel erg diep in mijn hart zit. Ik deed dan ook al vaker wat experimenten en testjes met andere camera’s die ik hier heb. Maar dat was altijd met een zogeheten “middenformaat” camera: top camera, maar heel erg log, zwaar en traag om mee te werken. De grote negatieven maken het niet alleen nog duurder, maar beperken ook het aantal beelden per rolletje. Op de koop toe heeft die middenformaat camera geen ingebouwde lichtmeter. In mensentaal: het was altijd wat gokken om de foto’s niet te licht of te donker te maken. Zoals in: meestal maakte ik eerst een testshot met een digitale camera, ofwel was het gewoon een kwestie van gokken, met alle gevolgen van dien. Een externe lichtmeter heb ik ook, maar is zowaar nog omslachtiger om mee te werken. Maar dus: dankzij de “nieuwe” werkende Minolta camera heb ik eindelijk een analoog toestel waarmee ik bijna even snel kan werken als met mijn digitale camera’s en ook de belichting perfect kan inschatten zonder veel gedoe! (Lees verder onder de foto’s)
Ik zeg wel “bijna even snel”, want scherpstellen moet wel manueel gebeuren en vergt dus nog net iets meer tijd. Maar analoge straatfotografie is vanaf nu perfect mogelijk en dat is dus ook exact wat ik deed in Parijs. Hoewel het verre van kunstwerkjes zijn, stel ik jullie bij dit artikel met veel plezier de resultaten voor! Voor de volledigheid en ter mijner verdediging: dit zijn zogeheten “preview scans” en dus nagenoeg onbewerkte foto’s. Ik heb de negatieven ingescand aan redelijk lage resolutie en de enige bewerkingen die ik erop deed zijn:
Wegwerken van stofvlekjes (die je altijd krijgt als je negatieven inscant)
Correctie van het contrast om zowel de lichte als donkere delen van het beeld terug te krijgen zoals ze horen, want bij het inscannen verlies je dat contrast vaak
Dit proces van “preview scans” maken doet me trouwens beseffen dat dit de grootste uitdaging zal worden: correcte en waarheidsgetrouwe scans maken! Want het hybride proces van analoog fotograferen en daarna digitaal scannen en “afwerken” is nieuw voor mij en ik besef dat “gewoon inscannen” niet bestaat. Want een goeie scanner is een beetje zoals een camera: je kiest zelf belichting en kleurweergave en het is dus best wat zoeken naar de optimale instellingen. Want de reden waarom ik analoog wil werken is net om het typische karakter van die oude filmrolletjes in mijn werk te krijgen. Dus het is de bedoeling om de negatieven zodanig in te scannen dat dit karakter aanwezig blijft en om het beeld zeker niet te “neutraliseren” bij het inscannen. Daar zal zeker nog wat tijd en zoekwerk aan te pas komen, maar deze eerste onbewerkte resultaten maken me wel hoopvol.
Verder blijft het, zoals ik ook al aangaf in mijn vorige artikel, wennen voor mij om dit soort straatfotografie in kleur te doen, want mijn hart neigt altijd naar zwartwit. Maar de mooie, zachte kleuren van de Kodak Portra film die ik gebruikte hier zijn te mooi om zomaar om te zetten naar zwartwit.
Het zal intussen wel duidelijk zijn: ik kan niet wachten om opnieuw naar Parijs te trekken! Dat zal zeker en vast opnieuw met de analoge Minolta zijn, mijn voorraad filmrolletjes ligt alvast klaar. Hou deze blog en mijn sociale media dus zeker in de gaten als je deze foto’s leuk vindt, want er komt veel meer van dit! Maar laat vooral weten wat jij het mooiste vindt: analoog of digitaal?
C U soon,
Roel