Straatfotografie in Parijs: 5 tips!
Afgelopen weekend was ik in Parijs. Niet om de aankomst van de Ronde van Frankrijk bij te wonen, maar om een expo van fotograaf Elliott Erwitt te bezoeken. Wat die Ronde betreft: als absolute wieler-analfabeten hadden noch Hanne noch ik stilgestaan bij het feit dat die carnavalstoet in Parijs passeerde net tijdens ons weekend ter plaatse. We realiseerden ons pas vrijdag dat onze timing misschien beter had gekund, maar ter plaatse bleek niks minder waar: geen wielertoerist gezien, geen enkele supporter gekruist en dus alles peis en vree in de lichtstad wat ons betreft. Close call, maar dus geen overbevolkte horror-scenario’s meegemaakt. (Lees verder na de foto’s)
Naar Parijs speciaal om een expo te bezoeken?! Het was niet zomaar een expo natuurlijk, want Eliott Erwitt is niet zomaar een fotograaf. Zijn werk, doorspekt met humor en opmerkelijke zwartwit beelden, leent zich perfect als inspiratiebron voor de boven-gemiddelde houtskoolkunstenaars en hoop-en-al-gemiddelde fotograaf, dus deze kans wilden we echt niet laten liggen. En als je dan toch in Parijs bent kan je, fotograaf zijnde, net zo goed van de gelegenheid gebruik maken om zelf ook wat aan straatfotografie te doen. De bescheiden resultaten daarvan ter illustratie bij dit artikel. Stay tuned voor nog meer nieuws op dat vlak in de zeer nabije toekomst, doch dat geheel terzijde. (Lees verder na de foto’s)
Dat zo een expo inspiratie brengt werd dus meteen duidelijk in de praktijk. Maar daarnaast kwam ik ook, nog maar eens, tot het besef hoe groot het belang is van je fotomateriaal. Of beter: de afwezigheid daarvan. Vroeger maakte ik bij dergelijke tripjes de fout om “alles” te willen bij me hebben of “op alle omstandigheden voorbereid te willen zijn”. Een backup camera, een arsenaal aan lenzen en dus een uit de kluiten gewassen foto-rugzak waren standaard uitrusting bij een citytrip. Tegenwoordig snap ik als geen ander dat het eigenlijk andersom is: hoe minder materiaal hoe beter! Niet alleen omdat ik heilig geloof in het feit dat technische beperkingen je creativiteit aanscherpen, maar ook en vooral omdat bewegingsvrijheid en comfort meer waard zijn dan af en toe een extra lens of filter kunnen gebruiken. (Lees verder na de foto’s)
Onze persoonlijke bagage werd gedropt in het hotel (Hotel Du Temps vlakbij Gard du Nord, mega aanrader trouwens) van zodra we aankwamen, en het enige wat er voor mij nog overbleef was een mini fototasje dat net groot genoeg is voor één kleine camera met één vaste 50mm lens erop. Geen zoom- of extra lenzen dus. Niks schreeuwt zo hard “toerist” als dat ene onnozele tasje op je heup, maar anderzijds schreeuwt een veel te grote foto-rugzak nog veel harder “steel mij"!” of “Nog grotere toerist”. De keuze is dus snel gemaakt. Een tas vol materiaal is nutteloos als je te moe bent om er aan te sleuren of je geen fut meer hebt om WEER van lens te wisselen. Die ene bescheiden camera met compacte lens erop kan ik probleemloos een halve dag non-stop in mijn hand houden dus geen vervelende riem rond mijn nek of extra gewicht op mijn rug: top! (Lees verder na de foto’s)
Wat je daarentegen WEL veel nodig hebt voor wat straatfotografie, is tijd! Veel “dagtrippers” maken de fout hun planning veel te vol te stouwen met musea en bezienswaardigheden. Begrijpelijk, maar helemaal fout wat mij betreft. De expo van Erwitt was voor de twee dagen letterlijk ons enige concrete plan, al de rest was vrije tijd die we konden invullen zoals we zin hadden op het moment zelf. Wie ons een beetje kent weet dat onze zuurtegraad af en toe wat laag stond en moest op peil gebracht worden (lees: geregeld een wijntje op een terras), maar verder dus ook een zee van tijd om door de straten te slenteren onze neus achterna. Een partner of reisgenoot met wat geduld (of een eigen camera) is dus wel een plus maar ook op dat vlak ben ik gezegend: doelloos rondhangen kunnen we beiden als de beste! Enkel op die manier ga je een locatie pas echt begrijpen en zal je erin slagen om de sfeer helemaal te voelen en hopelijk ook vast te leggen. Werk je een strakke planning van de ene toeristische trekpleister naar de andere af, dan zal dat heel wat lastiger zijn. Nog een tip in dat opzicht: de metro is je vijand, want uiteraard valt er nergens zo weinig te zien als in een drukke pijp onder de grond… Wij noteerden afgelopen weekend probleemloos tien à vijftien gestapte kilometers per dag, dus goeie schoenen zijn een bonustip in dat opzicht. (Lees verder na de foto’s)
Omdat we dan toch de expo-vibe te pakken hadden pikten we zondag nog de expo van architect Norman Foster mee in Centre Pompidou. Ook een absolute aanrader, zelfs al heb je niet direct iets met architectuur. Een blik op het werk van eender welke creatieveling kan enkel helpen om de eigen inspiratie aan te scherpen, dus als je de kans hebt: zeker doen! Daardoor werd de zondag een variatie op het zaterdag-thema: expo, straatfotografie en zuurtegraad op peil houden. (Lees verder na de foto’s)
Samenvattend kan ik dus het volgend lijstje van 5 tips meegeven aan de (straat)fotografen onder jullie:
Zorg voor inspiratie! Hetzij ter plaatse hetzij voor je vertrekt, maar zorg dat je ZIN HEBT om te gaan fotograferen!
Reis licht! Hoe minder fotomateriaal hoe beter!
Neem tijd! Hou je planning zo leeg mogelijk zodat je tijd hebt om de sfeer op te snuiven en je neus achterna te gaan.
Mijd de metro!
Bonustip: hou je zuurtegraad in de gaten…
Laat zeker weten of je zelf nog tips hebt! En hou deze blog in de gaten voor nog meer tips, want binnenkort deel ik hier ook mijn tips voor niet-fotograferende Parijs-liefhebbers!
Stay tuned,
Roel.