Italië op film
Toegegeven: de zomervakantie is al even achter de rug. Maar de grijze herfstdagen doen alvast verlangen naar de zomer, althans hier bij mij. Tripjes en vakantieplannen worden gesmeed, ik proef de zee zelfs al een beetje… Maar ook nagenieten is belangrijk en dat gebeurde gisteren redelijk onverwachts. Ik had net een filmrolletje ontwikkeld en zat mijn negatieven te ordenen (ja, dat is hier al even terug een ding) en merkte dat er nog een film “ongescand” was. Bewijs hoe een grote hekel ik heb aan dat inscannen van films want door uitstelgedrag was er blijkbaar nog een film van onze zomervakantie ongescand gebleven. En hoewel dat “digitaliseren” van analoge films zo tegendraads voelt (een film zou analoog afgedrukt moeten worden en ver weg moeten blijven van eender welke computer of beeldscherm), toch had ik meteen een beetje een melancholisch gevoel. Vroeger gebeurde het immers maar al te vaak dat een filmrolletje pakweg bij Kerst in de camera ging en er rond Pasen (ik zeg maar wat) nog steeds in zat met enkele beschikbare frames. Anders gezegd: die ongescande film maanden later terug ontdekken voelde hetzelfde aan als dat vergeten rolletje van Kerst tijdens de zomer uit je camera halen en na ontwikkeling de Kerstfoto’s terugvinden. (Lees verder onder de foto’s)
In dit geval kwam ik dus een hele reeks zwartwit vakantiefoto’s tegen van enkele maanden geleden. We zaten toen de puffen tijdens een fameuze hittegolf aan het Gardameer en ik herinner me dat dat ook mijn onderwerp van het moment was: Italianen (en hier en daar ook wat toeristen uiteraard) die verkoeling zoeken en de sfeerbeelden die daar bij horen. De kleurfoto’s had ik al eerder ingescand maar bleven ook wat onder de rader, dus ik zwier ze hier ook even online.
Hoewel ik ook wel besef dat die analoge foto’s, gemaakt met een camera van pakweg vijftig jaar oud (Minolta SRT101, ik gok gelanceerd ergens eind jaren ‘60, begin ‘70), alles behalve technische hoogstandjes zijn. De scherpte is bij zulke analoge, manuele focus lenzen in de verste verten niet te vergelijken met die van moderne camera’s. Neem daarbij nog dat ik al LANG de routine niet meer heb om manueel scherp te stellen… De belichting is gokken want geen idee hoe nauwkeurig de ingebouwde lichtmeter nog is. Kortom: het is vaak wat gokwerk met alle gevolgen van dien voor de techische kwaliteit van het resultaat. Maar anderzijds: daar gaat het net om, want die onvoorspelbaarheid is net de charme van en motivatie om terug analoog te werken af en toe. Anders gezegd: ik kan mezelf en mijn werk voldoende relativeren om toe te geven dat dit geen pareltjes van techniek zijn, maar ik hou net daarom van de sfeer van deze reeks.
Het motiveert me in ieder geval meer dan genoeg om verder te doen met wat analoog werk tussendoor. Voor wie net zoals mij houdt van die charme: binnenkort deel ik hier ook analoge concertfoto’s die ik onlangs maakte bij enkele concerten. Men weze gewaarschuwd…
C U
Roeland